De vrijwillige uitkoopregelingen voor veehouders: wat moet je weten?

In deze eerste blog zetten wij de verschillende uitkoopregelingen op een rij en zetten we uiteen wat je als veehouder na aanmelding kunt verwachten.

De drie regelingen

Voor de volgende vrijwillige uitkoopregelingen konden veehouders zich de afgelopen jaren aanmelden:

1. Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties voor stikstofreductie (Lbv)
   Deze regeling, bedoeld voor een breed scala aan veehouderijen, is het meest algemeen. Tot december 2023 konden landbouwbedrijven met varkens, melkvee, kippen of kalkoenen een subsidie aanvragen om het mogelijk te maken om definitief te stoppen met hun bedrijf.

2. Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties met piekbelasting (Lbv-plus)
   De lbv-plus regeling ziet op de zogenaamde piekbelasters. Dat zijn de bedrijven die de grootste stikstofdepositie veroorzaken op overbelaste Natura 2000-gebieden. Piekbelasters konden zich tot en met 20 december 2024 aanmelden voor deze regeling.

3. Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties kleinere sectoren (Lbv kleinere sectoren)
   Voor deze beëindigingsregeling konden houders van vleeskalveren, fokstieren, weidekoeien, zoogkoeien, geiten, vleeseenden of konijnen tot en met 20 december 2024 aanmelden.

De drie beëindigingsregelingen komen inhoudelijk sterk overeen. Zo bevatten de regelingen grotendeels dezelfde voorwaarden en dezelfde afwijzingsgronden. Toch zijn er ook belangrijke verschillen. Die verschillen komen later in deze blogreeks aan de orde. In deze blog zetten wij ten aanzien van de drie regelingen in zijn algemeenheid uiteen wat er gebeurt nadat je je als veehouder voor één van de regelingen hebt aangemeld.

Aanvragen en besluiten

De aanvraagperiodes voor de hiervoor genoemde regelingen zijn inmiddels gesloten. Na de indiening van de aanvraag, dient de minister binnen 16 weken een besluit te nemen. Dit kan een goedkeuring of afwijzing zijn, afhankelijk van de binnenkomst van de aanvraag (er is sprake van een subsidieplafond) en of er wordt voldaan aan de voorwaarden voor subsidieverlening.

Tegen het besluit van de minister kan bezwaar worden gemaakt. Dat kan niet alleen als sprake is van een afwijzend besluit, maar ook als sprake is van een positieve beslissing. Dat kan bijvoorbeeld als je denkt dat de (voorlopige) subsidiebijdrage niet correct is vastgesteld.

Wat gebeurt er na een positieve beslissing?

Na een positief besluit volgt een overeenkomst die je moet ondertekenen. In die overeenkomst verplicht je je (onder andere) om te stoppen met je veehouderij en om ervoor te zorgen dat niemand anders op dezelfde locatie een veehouderij kan starten. Dit laatste wordt geregeld middels een kwalitatieve verplichting. Je moet daarvoor naar de notaris.

Nadat je de overeenkomst hebt ondertekend, kun je een eerste voorschot op de subsidie aanvragen. Binnen een jaar na ondertekening dien je vervolgens te voldoen aan de subsidievereisten en dus je bedrijfsactiviteiten te beëindigen. De NVWA zal een controle uitvoeren om te verifiëren of je aan de vereisten hebt voldaan. Als alles in orde is, kun je een tweede voorschot aanvragen en een start maken met de sloop van de productiecapaciteit.

De laatste stappen

Nadat je aan de subsidievereisten hebt voldaan en je een tweede voorschot hebt ontvangen, dien je ervoor te zorgen dat de kwalitatieve verplichting wordt gevestigd en dat je productiecapaciteit wordt gesloopt en verwijderd. Dat dient binnen 28 maanden na het ondertekenen van de overeenkomst te gebeuren. Na een controle door de gemeente kan vervolgens de definitieve subsidie worden vastgesteld.

Bezwaar en beroep

Zowel bij de beslissing van de minister op je aanvraag, als bij het toekennen van de twee voorschotten en het vaststellen van de definitieve subsidie is sprake van besluiten, waartegen bezwaar kan worden gemaakt. Dat kan door het indienen van een bezwaarschrift, binnen 6 weken nadat het besluit is genomen. Er kan bijvoorbeeld reden zijn om bezwaar te maken als de voorwaarden voor subsidieverlening door de minister niet juist zijn toegepast of als je meent dat het (definitieve) subsidiebedrag onjuist is vastgesteld. Wanneer de bezwaarprocedure niet tot een gunstige uitkomst leidt, kan beroep worden ingesteld.

Wat kunnen wij voor je doen?

Het beëindigen van je veehouderijbedrijf is een ingrijpend proces met veel juridische aspecten. Het is daarom van belang om goed geïnformeerd te zijn en te begrijpen wat er van je wordt verwacht en wat je rechten en wat je verplichtingen zijn. Wij staan klaar om veehouders te begeleiden tijdens dit complexe proces. Of je nu hulp nodig hebt bij het controleren van de besluiten, het maken van bezwaar of het beoordelen van de overeenkomst, wij bieden juridisch advies en ondersteuning om ervoor te zorgen dat het proces soepel verloopt en je rechten worden gewaarborgd. Neem gerust contact met ons op om te bespreken wat wij voor jou kunnen betekenen.