De aandeelhouderslening en de cumulatief preferente aandelen zijn verschillende vormen die in enige regelmaat terugkomen in het Ondernemingsrecht. We gaan net zoals in ons artikel over de mythes van décharge de diepte in. Schroom niet om in de tussentijd contact met ons op te nemen indien u iets niet begrijpt en u hulp nodig heeft met een probleem. Tijd om de diepte in te duiken met betrekking tot aandeelhoudersleningen en cumulatief preferente aandelen door eerst te kijken naar de PCM- en Estro-zaken.
De financiering van leveraged buy-outs (LBO’s) met aandeelhoudersleningen is een controversieel onderwerp binnen het ondernemingsrecht. Twee belangrijke rechterlijke uitspraken, de PCM- en Estro-zaken, hebben licht geworpen op de risico’s en afwegingen die komen kijken bij dergelijke financieringsstructuren. In dit artikel analyseren we de impact van deze zaken en onderzoeken we of aandeelhoudersleningen nog steeds een gerechtvaardigd financieringsmiddel zijn.
De zaak PCM Uitgevers draaide om een buy-out door private-equitypartij Apax. De Ondernemingskamer stelde dat bestuurders en commissarissen een gedegen afweging moeten maken tussen de voordelen en nadelen van een LBO, met speciale aandacht voor de financiële gevolgen. Daarnaast werd bepaald dat private-equitypartijen ook rekening moeten houden met de belangen van de doelvennootschap.
Bij Estro werd een agressieve financieringsstructuur toegepast waarbij niet alleen bancaire leningen, maar ook aandeelhoudersleningen volledig werden doorgeschoven naar de doelvennootschap. Dit leidde tot een extreme schuldenlast, wat mede bijdroeg aan het faillissement van Estro. De Ondernemingskamer oordeelde dat het bestuur een onvoldoende zorgvuldige afweging had gemaakt.
Een veelvoorkomende misvatting is dat aandeelhoudersleningen als eigen vermogen kunnen worden beschouwd. Wettelijk gezien is dit niet correct, aangezien een lening een terugbetalingsverplichting inhoudt en dus onder vreemd vermogen valt. In de praktijk wordt dit echter vaak anders gepresenteerd, bijvoorbeeld aan ondernemingsraden, om de financiering stabieler te laten lijken dan deze werkelijk is.
Een veelvoorkomend kenmerk van aandeelhoudersleningen in buy-outs is de toepassing van ‘payment in kind’ (PIK)-rente. Dit betekent dat de rente niet direct wordt betaald, maar wordt toegevoegd aan de hoofdsom, waardoor de schuld snel oploopt.
Vroeger boden aandeelhoudersleningen fiscale voordelen door renteaftrek, maar door strengere regelgeving in Nederland en de EU zijn deze voordelen grotendeels verdwenen.
Door de rentelasten en de schuldopbouw kunnen geconsolideerde jaarrekeningen structureel negatieve resultaten tonen. Dit kan invloed hebben op de kredietwaardigheid en de reputatie van het bedrijf.
Een aantrekkelijk alternatief voor aandeelhoudersleningen zijn cumulatief-preferente aandelen. Deze aandelen hebben een vergelijkbare financiële structuur, maar worden in de jaarrekening als eigen vermogen verwerkt, waardoor de schuldenlast op papier lager blijft.
Om te voldoen aan de norm uit de PCM-uitspraak, moeten aandeelhoudersleningen strikt beperkt blijven tot de holdingvennootschap en mogen zij geen directe druk leggen op de financiële positie van de doelvennootschap. Conversierechten naar preferente aandelen kunnen een extra vangnet vormen voor het geval de schuldenlast te groot wordt.
Er wordt steeds vaker gepleit voor strengere regulering van aandeelhoudersleningen. Mogelijke maatregelen zijn:
De uitspraak in de Estro-zaak bevestigt dat een onzorgvuldige toepassing van aandeelhoudersleningen desastreuze gevolgen kan hebben. In de praktijk zijn er steeds minder redenen om deze leningen te verkiezen boven preferente aandelen. LBO’s kunnen beter worden gestructureerd met meer eigen vermogen en minder schulden, wat de stabiliteit en duurzaamheid van overnames ten goede komt. Specifiek meer over deze zaken lezen? Lees in dit artikel in het vaktijdschrift Ondernemingsrecht meer.
Dit is en blijft ingewikkelde materie. Hoe nu verder met de keuze tussen aandeelhoudersleningen en cumulatief preferente aandelen? Neem contact op met een van onze advocaten ondernemingsrecht om erachter te komen hoe u op een zorgvuldige wijze tot het gewenste resultaat komt.