115 jaar ervaring in de advocatuur

Het kabinet stelt in het Belastingplan 2026 verschillende maatregelen voor om de erfbelasting en de schenkbelasting aan te passen. In dit artikel bespreken wij de meest ingrijpende beoogde wijzigingen waar zowel nabestaanden als erfrechtadvocaten op moeten letten.

Termijn voor het doen van aangifte erfbelasting

Momenteel dient de executeur of de erfgenamen gezamenlijk de aangifte erfbelasting in te dienen binnen 8 maanden na overlijden. Het kabinet wenst de termijn van 8 maanden te verlengen naar 20 maanden, waardoor nabestaanden meer tijd hebben om de aangifte te kunnen doen. Als overweging geeft het kabinet aan dat nabestaanden vaak bankafschriften en een overzicht van alle bezittingen, leningen, schulden en schenkingen in kaart moeten brengen. In een rouwperiode is dat een grote klus. Momenteel brengt de Belastingdienst een belastingrente van 6,5% in rekening over de erfbelasting in 2025, hetgeen tot onbegrip en bezwaarprocedures leidt.

Daarom stelt het kabinet concreet het volgende voor met betrekking tot de termijn van het doen van aangifte erfbelasting:

  1. nabestaanden van iemand die op of na 1 januari 2026 overlijdt, krijgen 20 maanden de tijd voor de aangifte erfbelasting;
  2. pas als na 20 maanden geen volledige aangifte is gedaan, gaan nabestaanden belastingrente over de erfbelasting betalen.

Schenkingen binnen 180 dagen voor overlijden

Momenteel worden bedragen die binnen 180 dagen voor overlijden door de erflater zijn geschonken gezien als een verkrijging krachtens erfrecht in plaats van een verkrijging krachtens een schenking. Dit zou voor een verkrijger voordelig kunnen zijn, omdat hij twee keer de vrijstelling mag toepassen: eenmalig in de schenkbelasting en eenmalig in de erfbelasting. Nu zou een verkrijger zowel aangifte voor de schenkbelasting moeten doen als voor de erfbelasting, waarbij de belastingen met elkaar worden verrekend. Dit is echter lastig te begrijpen voor nabestaanden.

Het kabinet stelt daarom voor om de schenkingen die binnen 180 dagen voor het overlijden van een erflater zijn gedaan als een erfrechtelijke verkrijging te beschouwen. Hierdoor hoeft er geen aangifte schenkbelasting meer worden gedaan, omdat de schenking direct als een erfrechtelijke verkrijging wordt gezien. De verkrijging dient dus wel meegenomen te worden in de aangifte erfbelasting.

Het kabinet stelt concreet het volgende voor met betrekking tot de schenkingen binnen 180 dagen voor overlijden:

  1. nabestaanden hoeven geen aangifte schenkbelasting meer te doen bij schenkingen binnen 180 dagen voor overlijden;
  2. er dient geen verrekening meer plaats te vinden tussen de schenk- en erfbelasting.

Aanpassing erf- en schenkbelasting voor biologische kinderen

Momenteel maakt het voor de erf- en schenkbelasting uit op welke wijze de verkrijger verbonden is aan de erflater of schenker. Alleen bij een juridische ouder kan een kind recht hebben op vrijstelling voor het kind. In de erfbelasting kan dit grote gevolgen hebben, nu een kind een vrijstelling heeft van €25.490 in 2025 en een andere erfgenaam (dus een niet erkend kind) een vrijstelling van €2.690. Het kabinet stelt voor om alle biologische kinderen gelijk te behandelen voor de schenk- en erfbelasting. Hierdoor maakt het niet meer uit of een kind wel of niet wordt erkend door zijn biologische ouders.

Hierbij dient een belangrijke kanttekening gemaakt te worden. Kinderen die stellen dat zij biologisch kind zijn bij de Belastingdienst en daarmee aanspraak willen maken op de hogere vrijstellingen en lagere belastingpercentages, moeten dit met een DNA-test bewijzen. Dit volgt uit het wetsvoorstel, te raadplegen op de website van de Rijksoverheid. Een biologisch kind zal daarnaast slechts kunnen erven als het biologische kind in het testament staat.

Het kabinet stelt concreet het volgende voor met betrekking tot de gelijkstelling van kinderen:

  1. er is geen onderscheid meer tussen biologische kinderen en juridische kinderen voor de schenk- en erfbelasting;
  2. biologische kinderen die gebruik willen maken van de verlaging moeten de biologische band bewijzen met een DNA-test.

Belastingontwijking door ongelijke verdeling vermogen bij huwelijk

Momenteel kunnen partners bij de notaris afwijken van de standaard vermogensverdeling van 50/50 wanneer iemand in gemeenschap van goederen trouwt of een geregistreerd partnerschap aangaat. Partners kunnen afspreken dat de ene partner 90% van de goederen krijgt bij overlijden en de andere partner 10%. Dit is vooral belastingtechnisch interessant zodra de kans groot is dat een van de partners eerder zal overlijden. Als de ene partner namelijk al 90% bezit, erft die partner dus slechts 10% van het vermogen van de erflater. De huidige vorm wordt gezien als belastingontwijking, hetgeen legaal is. Toch wenst het kabinet een leemte in de wet te corrigeren.

Het kabinet stelt concreet het volgende voor met betrekking tot de ongelijke verdeling van vermogen:

  1. de langstlevende partner moet over 50% van het gemeenschapsvermogen erfbelasting betalen;
  2. deze maatregel geldt voor zowel partners die overlijden als die uit elkaar gaan en een verrekenbeding hebben afgesloten.

Deze regeling gaat, behoudens goedkeuring van de Tweede en Eerste Kamer, in voor ongelijke verdelingen die op of na 16 september 2025 zijn afgesproken. Met andere woorden: heeft u vóór 16 september 2025 al een ongelijke verdeling van het huwelijksvermogen vastgelegd, dan verandert er voor u niets.

Belastingpercentages en vrijstellingen

Het kabinet voert ook een aantal wijzigingen door voor de tariefgroepen bij de schenk- en erfbelasting. Zo wordt de eerste schijf, waar het lagere belastingpercentage over wordt geheven, van € 154.197 naar € 158.669 verhoogd. Dit blijkt uit de Sleuteltabel 2026 van de Rijksoverheid. Wijzigingen met betrekking tot de hoogte van de vrijstelling of het belastingpercentage zijn (nog) niet bekend gemaakt door het kabinet.

Conclusie

Bij goedkeuring van de Belastingplannen 2026 gaat er het een en ander veranderen in het kader van het erfrecht. De belangrijkste wijzigingen zijn de termijnverlening naar 20 maanden voor de aangifte erfbelasting, versimpeling van de regels met betrekking tot schenkingen binnen 180 dagen voor overlijden, een gelijkstelling van biologische en juridische kinderen en de belastingontwijking door ongelijke vermogensverdeling tussen partners. Heeft u vragen over deze wijzigingen? Neem contact op met een van onze erfrechtadvocaten zodat zij u nader kunnen uitleggen hoe dit invloed heeft op uw situatie.

Philip Vroegrijk, vereffenaar en erfrechtadvocaat: Zoekt u een advocaat gespecialiseerd in het erfrecht of een professionele vereffenaar? Neem contact op om met een van onze professionals te sparren.

Bel nu 076 513 6136